Ga naar hoofdinhoud

Eerder stoppen met werken lukt zelden

Bedrijven kunnen oudere werknemers fiscaal vriendelijk eerder met pensioen laten gaan. Volgens het AD kunnen veel werkgevers een vervroegd pensioen op dit moment alleen niet betalen. Dit is bevestigd door het CNV en de AWVN.

In het Pensioenakkoord is besloten dat mensen met een zwaar beroep drie jaar eerder mogen stoppen met werken. Als werknemer krijg je dan drie jaar lang maximaal 22.164 euro per jaar als vergoeding. Maar in de praktijk komt het bijna niet voor.

Het kabinet schaft in dat geval de belastingheffing, de RVU eindheffing, op deze uitkering af. Bedrijven betalen die heffing van 52 procent niet als ze werknemer drie jaar voor het bereiken van de AOW-leeftijd met pensioen laten gaan en de vergoeding betalen. Het idee van deze vergoeding was, dat het een meer soepele overgang naar het pensioen mogelijk moet maken. Deze fiscale vrijstelling is met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2021 tot en met 2025. Vanaf 2026 gaat het nieuwe pensioenstelsel in en zal er een andere oplossing voor mensen met zware beroepen komen.

De woordvoerder van werkgeversvereniging AWVN zegt dat het geen onwil is dat werkgevers het niet kunnen betalen: “Bedrijven hebben het geld gewoon niet, want de focus ligt op overleven.” Hij meldt daarnaast ook dat de regeling ook voor werkgevers aantrekkelijk is: “Als iemand fysiek of mentaal niet meer meekan kun je iemand op een fatsoenlijke manier laten afvloeien. Je hebt dan ruimte voor een nieuwe jonge werknemer.”

Zware beroepen
De regeling is dus bedoeld voor zware beroepen. Maar wat is een ‘zwaar’ beroep? De regeling is eigenlijk bedoeld voor sectoren met relatief veel werk dat als zwaar wordt ervaren (havens, bouw, vervoer, metaal en de zorg). Het was alleen niet mogelijk om een allesomvattende definitie van ‘zware beroepen’ neer te zetten. Daarnaast hebben ook werkgevers uit andere sectoren moeilijkheden met het financieren van uitkeringen voor eerder uittreden. En ook hier hebben werknemers de wens om eerder te stoppen met werken. Daarom mag iedereen tot 1 januari 2026 gebruik maken van de regeling. Werkgevers en werknemers kunnen dit regelen per CAO. Alleen wordt er dus tot nu toe nog weinig gebruik van gemaakt, wat komt doordat werkgevers er geen geld voor hebben. Er is een groot verschil te zien tussen de verschillende sectoren. Sommige bedrijven lopen goed en kunnen hun oudere werknemers wel met een uitkering vervroegd met pensioen laten gaan. Voor een klein bedrijf kan het echter veel te duur zijn. Het maken van afspraken voor de hele sector wordt dus erg moeilijk. Daarnaast zou het naar voren halen van het pensioen een probleem zijn voor mensen die weinig verdienen.

Subsidie aanvragen
Bedrijven die geen geld hebben voor het betalen van het vervroegd pensioen kunnen subsidie aanvragen. Dit kan door de Maatwerkregeling subsidieregeling duurzame inzetbaarheid en eerder uittreden (mdieu) te gebruiken.

Het gebruiken van de mdieu is niet gemakkelijk, omdat het strenge vereisten heeft. Bedrijven kunnen de subsidie niet alleen voor zichzelf aanvragen. Hiervoor moeten ze eerst een knelpuntenanalyse maken (gegroepeerd per sector). Vervolgens kan hooguit driekwart van de aangevraagde subsidie worden besteed voor de pensioenuitkering. Minimaal een kwart van elke subsidie aanvraag moet worden besteed aan investeringen in duurzame inzetbaarheid. Vervolgens moet er ook een sectoranalyse en activiteitenplan worden opgesteld.

Crisispot
Het CNV wil dat het kabinet de volgende jaren meer geld beschikbaar maakt zodat mensen met zware beroepen alsnog eerder kunnen stoppen. Dat zou volgens CNV-voorzitter Fortuin financieel gezien geen probleem moeten zijn, omdat het uit de huidige crisispot kan worden betaald. Volgens hem is er wel spoed bij, omdat er veel ontslagen worden verwacht. “We gaan uitstroom krijgen als de steunpakketten ophouden. Tegelijkertijd komt er een hele nieuwe generatie jongeren van school die de arbeidsmarkt betreden. Laat oudere werknemers uitstromen zodat er plek komt voor de jongeren.”

Noordman, van het FNV bestuur, verzacht het probleem: “Een aantal sectoren kent matige pensioenregelingen. Voor mensen die weinig verdienen is het naar voren halen van pensioen een probleem. Maar in veel sectoren zijn goede pensioenregelingen, bijvoorbeeld de metaal en het beroepsgoederenvervoer. Dan is het geen probleem om een stukje van je pensioen naar voren te halen.’’

De bonden willen vanaf 2026 dat iedereen met 45 dienstjaren met pensioen kan. Dit zal in eerste instantie ongeveer twee miljard euro per jaar kosten en kan toenemen tot maximaal 8 miljard euro in 2038, volgens het CBS. Dit ligt eraan hoeveel mensen gebruik kunnen maken van de regeling.

Bron: AD

Back To Top